Zeg me dat het niet zo is
We zitten er middenin en we willen het niet. “Het lijkt wel een film” denk ik soms.“ Morgen word ik wakker en dan is het maar een droom. Het is toch ondenkbaar, niet voor te stellen dat we leven zoals we nu leven?” Ik loop weer met een boogje en een vriendelijke glimlach om een voorbijganger heen en krijg van binnen een puberale slappe lach. Allemaal slinkse pogingen om aan deze werkelijkheid proberen te ontsnappen.
“Zeg me dat het niet zo is …” Een van de meest prachtige liedjes van Frank Boeijen. En het klinkt deze weken regelmatig in mijn hoofd.
Na de eerste weken van apathie, paniek en liefdevolle initiatieven komen we in een voortkabbeling van wat donkerder wolkjes. Ze klonteren meer en meer samen tot verduisterende luchten. Na de allereerste angsten om onze eigen gezondheid en die van onze naasten gaan we ons nu de langetermijngevolgen meer en meer realiseren.
Dealen met gemis en onzekerheid
Ik had zelf een ware paasdip afgelopen weekend en ik hoor ook om me heen dat de coronadip voorbijkwam. We beginnen de fysieke nabijheid te missen van goede vrienden en familie. We merken de financiële noden bij onszelf en bij anderen op. We zitten nu al weken op elkaars lip thuis. Soms zorgt dat voor meer verbinding, soms ook voor meer ontploffingen.
En we vrezen voor de lange termijn anderhalve meter maatschappij en de economische gevolgen. En dat we dat vrezen dat is oké.
We leven in onzekerheid, proberen ons de nabije toekomst voor te stellen, maar kunnen niet bedenken hoe het er over een maand, over twee of over een jaar uit ziet.
Niet
We zijn in afwachting. Overgeleverd aan niksdoen. Gedwongen in het hier en nu te leven. En dat is fiks moeilijk. Niet uit te kunnen zien naar een korte vakantie in mei. Je niet kunnen verheugen op de zomervakantie, festivals, concerten, motortochten, sportevenementen. Het moeten doen met elke dag nemen zoals die is, met joepie ik mag naar mijn werk, naar de supermarkt of de hond uitlaten.
Ik wil een ijsje en het mag niet
Voel je ‘m al? De somberheid en de treurnis? Als je me mijn gang laat gaan kan ik zo nog wel een aantal pagina’s doorgaan hoor. Daar is mijn brein namelijk heel goed in, en het jouwe ook. Je aandacht richten op wat er allemaal niet kan en mag. En wat je allemaal wel wil. Net als een kleuter die heel graag een ijsje wil en de hele middag door kan blijven zeuren in de hoop te krijgen wat zij wil en niet wil accepteren en blijft mokken dat het geen ijsje krijgt.
Voelen
Zeg dus tegen jezelf dat het wel zo is. Het is wel zo dat we geen meivakantie gaan houden op ons favoriete plekje. We gaan ook niet heerlijk op reis naar nieuwe bestemmingen. En voel hoe ontzettend k%& je dat vindt. En hoe verdrietig je wordt van het gemis van je vrienden, van je familie. Voel het in al je vezels en zeg dat het oké is om dat te voelen. Je bent geen watje of een kwetsbaar poppetje. Juist door dit toe te laten wordt je er niet door in de greep gehouden. Wees de welkome ruimte voor dat gevoel. Als het genoeg is gevoeld vertrekt het echt wel weer. Hiermee kweek je veerkracht.
Jouw wijze weten
Daarna kun je weer verder, komt er weer flow en beweging. Niet dat je nu meteen fluitend en happydepeppie rondloopt. Maar dat hoeft ook niet. Wel dat je je innerlijk weer voelt, dat je weer verbonden bent met jouw wijze weten. Dat je niet meer vastgezet en overspoeld wordt door je emoties.
En dat voelen hoeft echt niet in een keer heel heftig, dat mag wel natuurlijk als dat zo is. Dat kan ook in kleine momentjes. Even stilstaan en aandacht en ruimte geven aan je gevoel. Dat helpt je ook door de dag heen om keuzes te maken die op dat moment bij jou passen.
Dus in plaats van ‘zeg me dat het niet zo is’, zeg je tegen jezelf ‘Ik zeg dat het wel waar is. Ik vind het niet leuk dat het zo is en dat is oké’.
Fotocredits: Matthew Henry op Unsplash